Pagina's

Christusdoorn

De Christusdoorn (Euphorbia milii) is een plant, waarvan je al snel het gevoel hebt dat hij tegenwoordig alleen bij vervelende schoonmoeders op de vensterbank zou kunnen staan. Hij ziet er ongenaakbaar uit in al zijn woeste glorie. Zijn uiterlijk heeft hij dan ook niet echt mee: grote stekels, kleine bladeren en kleine tere bloemetjes.
Maar het is wel een echte overlever, die oorspronkelijk afkomstig is vanaf het voor de Zuid-Afrikaanse kust liggende eiland Madagaskar. Het droge woestijnleven heeft er voor gezorgd dat de plant met maar bitter weinig verzorging toe kan. Je kunt hem dus rustig een paar maanden vergeten water te geven.

De naam Christusdoorn doet uiteraard vermoeden dat deze plant gebruikt werd als de kroon van doornen, die Jezus Christus droeg tijdens zijn laatste gang naar zijn kruisiging. In het Engels heet hij ongeveer hetzelfde: crown of thorns ('doornenkroon'). Dit idee is echter niet juist omdat de plant in de tijd van Christus in het Midden-Oosten nog onbekend was.

Planten en dieren kregen in de 18de eeuw een uit twee delen bestaande wetenschappelijke naam van Carl Linné (1707-1778), beter bekend als Carolus Linnaeus. Het eerste deel van zijn wetenschappelijke naam, Euphorbia, eert de lijfarts van koning Juba de Tweede van Numidia (nu Algerije): Euphorbus. Beiden leefden in de eerste eeuw na Christus. Het tweede deel van de naam, milii, eert weer de Franse baron Milius, ooit gouverneur van het nabij Madagaskar gelegen eiland Bourbon, die de plant in Frankrijk introduceerde. Het gebeurt wel vaker dat exotische planten niet een wetenschappelijke naam krijgen die de plant beschrijft, maar bekende of minder bekende personen vernoemt.

Het sap, de bladeren en takken van de plant zijn giftig, maar dat gif heeft hij niet direct ter verdediging nodig omdat de scherpe doornen er wel voor zorgen dat planteneters en lastige kinderen niet snel met de plant gaan knoeien. De plant bevat een melkachtige witte latex en deze bevat enkele bijtende en irriterende chemicaliën, zoals terpenen en esters. Die veroorzaken bij aanraken huidirritaties (roodheid, zwellingen en blaren) en, behalve irritaties in je mond- en keelholte, ook misselijkheid, overgeven, diarree bij inslikken.

Aan de andere kant heeft die onkwetsbaar lijkende Christusdoorn ook weer zijn positieve punten. Het is vrijwel onbekend dat uit de wortels en de takken van de Christusdoorn bepaalde stofjes kunnen worden gehaald, die de naam miliamines hebben gekregen. Daarvan is bekend dat ze sterke celdodende eigenschappen hebben. Daarom wordt ondertussen aan de Christusdoorn intensief wetenschappelijk onderzoek verricht om daaruit mogelijk nieuwe medicijnen tegen kanker te ontwikkelen.

Geen opmerkingen: